4. De voorgevel

De voorgevel is opgetrokken uit gele ijsselsteentjes, gemetseld in kruisverband. Er zijn oudere bouwsporen zichtbaar in het metselwerk, namelijk een restant van ontlastingsboogjes. We nemen aan dat dit duidt op een nog vroegere raampartij.

In de opkamergevel is een vloeddeur te zien. Te hoog voor normaal gebruik maar in geval van overstroming heel handig. Een schouw werd bij dreigende wateroverlast bij de vloeddeur vastgemaakt, het stijgende water bracht de schouw omhoog en daarna was het relatief eenvoudig het gebouw te verlaten.

Er was veel veranderd aan de boerderij in de jaren vijftig en zestig van de vorige eeuw. De voorgevel van de opkamer was in 1951 drastisch gewijzigd: de kelder was weggebroken en in de uitbouw waren twee woonlagen teruggebracht. Een nieuwe gevelindeling was het gevolg: twee nieuwe ramen op de begane grond en twee op de verdieping op de plaats van de vloeddeur en het raam.

De voordeur op de begane grond werd vervangen door een raam. Het raam naast de voordeur wordt gemoderniseerd tot een 6-ruits schuifvenster. In de jaren zestig van de vorige eeuw werd de stal van de boerderij verlengd en een nieuw pannendak verving de oude kap boven de stal.

De huidige voorgevel is vergelijkbaar met de situatie rond 1950.

Boven beide deuren in de voorgevel is een levensboom te zien. Vanaf ongeveer 1850 werden deze gietijzeren ornamenten veel toegepast, omdat die vanaf deze tijd op grote schaal industrieel vervaardigd werden. De vensters van de opkamer en de middenkamer zijn in 1950 nog uitgevoerd met een midden kalf. Het linker raam, van de Oomskamer, heeft een wisseldorpel.

• 

• 

• 

De sierankers in de voorgevel verbinden de gevels met de achterliggende houten balken. Aan de sierankers van de opkamer én in de hoge oostgevel zitten haken, beginnend op ongeveer drie meter hoogte.

Waar de haken voor gediend hebben is tot nu toe een raadsel. Heeft u enig idee? Laat het ons weten.

Locaties QR-codes buiten